Şunu aradınız:: diepteaanslag (Hollandaca - Almanca)

diepteaanslag
tiefenanschlag

diepteaanslag met markering
tiefenanschlag mit markierung

corrigeer de stand van de diepteaanslag eventueel met het stelwieltje
ggf. position des tiefenanschlags mit stellrad

draai aan het instelwiel van de diepteaanslag en stel de kleinste invoerdiepte in.
stellrad des tiefenanschlags drehen und auf die geringste einführtiefe einstellen.

stel de diepteaanslag van het inzetinstrument op de kleinste invoerdiepte in met het instelwieltje.
tiefenanschlag des einsetzinstruments mit stellrad auf die geringste einführtiefe einstellen.

tegen de wijzers van de klok in en stel de diepteaanslag op de kleinste inbrengdiepte in.
gegen den uhrzeigersinn den tiefenanschlag auf geringste einführtiefe einstellen.

stel de diepteaanslag van het proefimplantaat met het instelwieltje 10 in op de kleinste invoerdiepte.
mit dem stellrad 10 tiefenanschlag des probeimp-lantats auf die geringste einführtiefe stellen.

corrigeer de stand van de diepteaanslag eventueel met het instelwieltje tot de gewenste positie is bereikt.
ggf. position des tiefenanschlags mit stellrad korrigieren, bis die gewünschte position erreicht ist.

schroef zo nodig de diepteaanslag 1 op huls 4.
ggf. tiefenanschlag 1 auf hülse 4 schrauben.

schroef evt. de diepteaanslag 1 van het inbrenginstrument 3.
ggf. tiefenanschlag 1 vom einsetzinstrument 3 schrauben.

de diepteaanslag met markering 5 beperkt de maximale penetratiediepte tot 20mm.
der tiefenanschlag mit markierung 5 begrenzt die maximale eindringtiefe auf 20mm.

draai het instelwieltje 8 in tegenwijzerzin tot de kleinste diepteaanslag-instelling.
durch drehen des stellrades 8 gegen den uhrzeigersinn den tiefenanschlag auf geringste einführtiefe einstellen.

de merkstreepjes van de diepteaanslag met merkstreepjes 5 tonen de penetratiediepte van de kirschnerdraad.
die markierungsstriche am tiefenanschlag mit markierungsstrichen 5 zeigen die eindringtiefe des kirschnerdrahts.

corrigeer de stand van de diepteaanslag eventueel met het stelwieltje 8 tot de gewenste positie is bereikt.
ggf. position des tiefenanschlags mit stellrad 8 korrigieren, bis die gewünschte position erreicht ist.

corrigeer de stand van de diepteaanslag eventueel met het instelwieltje10 tot de gewenste positie is bereikt.
position des tiefenanschlags mit dem stellrad10 gegebenenfalls korrigieren, bis die gewünschte position erreicht ist.

door het stelwieltje8 tegen de wijzersvan de klok in te draaien, stelt u de diepteaanslag in op de kleinste inbrengdiepte.
durch drehen des stellrades 8 gegen den uhrzeigersinn den tiefenanschlag auf geringste einführtiefe einstellen.

stel de boordiepte in door de diepteaanslag 5 op de s4c-boormal f te verdraaien.
bohrtiefe durch drehen am tiefenstopp 5 an der s4c-bohrlehre f einstellen.