Vous avez cherché: op zijn eer (Néerlandais - Français)

op zijn kant
engagé

hij verklaart op zijn eer,
il déclare sur l'honneur,

op zijn langst
tout au plus

dat is zijn eer.
c'est son honneur.

"op zijn allerminst.
-- au moins.

--„op zijn buiten.”
-- À sa campagne.

op zijn kant gebakken
cuit sur chant

alles op zijn tijd.
chaque chose en son temps.

2° op zijn verzoek.
2° à sa demande.

1° op zijn vraag;
1° s'il en fait la demande;

op zijn tandvlees zitten
s'asseoir sur ses gencives

op zijn vroegst 2009/2010
au plus tôt en 2009/2010

ieder vist op zijn getij
chacun voit midi à sa porte

athos zag op zijn horloge.
athos regarda à sa montre.

hij verklaart op zijn erewoord :
il y déclare sur l'honneur :

daar kunnen we trots op zijn.
nous pouvons en être fiers.

op zijn beurt/op haar beurt
de son côté,

"op zijn hoogst liefhebber, mijnheer.
-- un amateur, tout au plus, monsieur.

--„op zijn hoogst vijftig pistolen.”
-- cinquante pistoles tout au plus.

eulisses geeft antwoord op zijn vragen:
eulisses le guide vers les réponses qu’il recherche.